Henk's New Place 3.0

. . . Favorite things to do . . .


Antennemast op dakHet zal de jaren 60 zijn geweest dat bij ons thuis de TV zijn intrede deed. Ik was een kind van een jaar of acht vermoed ik. Voor die tijd was de mogelijkheid om televisie te kunnen kijken nog schaars en het was dan ook heel gewoon dat er gezamenlijk werd gekeken naar het kleine                                programma-aanbod wat er bestond. Ik weet nog dat onze buren al eerder TV hadden en dat mijn vader dan ook regelmatig aftoog naar die buren, toevallig ook mijn oom en tante, om daar een belangrijke voetbalwedstrijd of mooi toneelspel te gaan kijken. Dat was voor mijn moeder op een gegeven moment een doorn in haar oog, dus bij ons moest ook zo'n ding komen.

Ik heb het toestel zelf niet zien komen, maar weet wel dat het er opeens was, een Philips 23TX350A zwart/wit-TV preikte daar op het bijgeleverde draaibaar TV-tafeltje (zo gammel als wat) aan de muur tussen de kelderdeur en de deur naar van de trap naar boven. Dat was overigens niet alles. Er waren met passende clips een tweetal antennekabels vanaf het toestel langs de deurpost en het plafond naar de deurpost van de buitendeur geleidt waar er één van rechstreeks door een gat in de deurpost maar buiten liep en de andere tot aan de die deurpost liep met een soort miniatuur stekkertje er aan. Dat stekkertje kon je in één van de drie op de deurpost bevestigde contactdoosjes steken. Vanuit die contactdoosjes liepen er vervolgens een drietal zg. lintkabels door gaten van diezelfde deurpost eveneens naar buiten. Het zag er voor mij als kind indrukwekkend uit allemaal.

Maar nu wat uitleg hierover. De drie lintkabels gingen vanaf de deurpost aan de buitenkant evenwijdig op een afstand van elkaar van zo'n 10cm aan geleiders (soort isolatoren) langs de deurpost, naar het dak en over dat dak naar de nok waarop een heuse antennemast was geplaatst. Daar aangekomen gingen ze net zo mooi evenwijdig de mast in, waarbij elke kabel stopte bij de aansluiting van een antennedeel. In totaal zaten er dus in die mast 3 antennedelen plus een extra deel waarop de kabel was aangesloten welke rechtstreeks zonder tussenkomst van stekker-/contactdoosverbinding van binnen naar buiten was gekomen. Dit deel zat ook helemaal boven in de mast. Blijkbaar zat het als volgt in elkaar . . .

  • De drie lintkabels en bijbehorende antennedelen met de contadoosjes waren zo op elkaar afgestemd dat je via de contactdoosjes Nederland, België en Duitsland kon ontvangen. Alles op de VHF-band. Bovenste contactdoor was voor Nederland (kanaal 4) middelste was voor België (kanaal 8 voor Frans en kanaal 10 voor Vlaams) en tot slot de onderste was voor Duitsland (kanaal 9) Het beeld met deze laatste keuze was meer ruis/sneeuw dan een fatsoenlijk plaatje. De plaats van het stekkertje bepaalde tezamen met het op de TV gekozen kanaal naar welke zender je keek.

  • De rechtstreeks naar boven (antennemast) lopende kabel was voor de in dit toestel aanwezige ontvangsmogelijkheid van zenders in de UHF-band. Vrij modern voor die tijd. UHF is pas veel later gekomen dan de toen gebruikelijke VHF. Echt van kwalitatieve goede ontvangst van deze UHF-zenders kon je niet echt spreken. Het tweede net was er nog niet en je kon via de UHF eigenlijk alleen naar het Duitse net kijken, wat toen al een tweede zender (ZDF) en een derde zender (WDR) in de lucht had op deze band.

Rollei Digital CameraAl deze signalen zowel VHF als UHF werden allen zonder enige toepassing van versterking ontvangen. Nederland was dan ook de enige zender welke zonder ruis werd ontvangen. (signalen van de zendmast in Lopik) Mijn vader maakte er wel een sport van om bij gunstige ontvangcondities afhankelijk van het weer (meestal heldere of juist mistige avonden) om zover mogelijk weg te kunnen kijken. Meestal waren dat dan de Duitse netten op de UHF. Ook al sneeuwde het beeld nog zo erg, waarbij het ging rollen (verticale synchronisatie) en dansen, (horizontaal uit de pas) mijn vader bleef kijken, vaak tot ergernis van mijn moeder. Blijkbaar maakte dat toch iets bij hem los. Hij was daarin mateloos aan geboeid. Verder op in dit verhaal leest u dan ook, waartoe dit heeft geleid.

Jaren hebben mijn broer ik voor de keukentafel op een stoel de speciaal voor kinderen programma's op de woensdag- en zaterdagmiddag gevolgd op dit toestel. Wei kent ze niet "Pipo de Clown", "Swiebertje" en "Catweazle". Verder mochten we op zaterdagavond wat langer opblijven en dan was het "Één van de Acht" met Mies Bouwman, de "Berend Bouwewijn"-quiz of de "Mounties"-show. Het is allemaal geweest en verleden tijd. Ook die TV had niet het eeuwige leven werd na tal van reparaties, welke ik altijd heel bijzonder vond, in 1973 vervangen door een nieuwe. Even terugkomend op die reparaties, ik vond het geweldig om te zien als door de achterwand keek van dat apparaat bij inschakelen daarvan. Het was een zee van licht wat daar achterin even ontstond. Met de wetenschap van nu weet ik ook hoe dat kwam. Door die zee van licht was het natuurlijk tijdens een reparatie (altijd door de plaatselijke TV-monteur op de keukentafel) het moment supreme wat er te zien was als die achterwand er af ging. Ik kan me nog een berg stof herinneren, maar tussen ook ietwat blinkende lampen met veel draadjes en toen voor mij nog onbekende andere onderdelen op een soort deur welke open kon. En . . . daarachter zat een soort grijze ballon (de beeldbuis dus) waar aan de voorkant al dat prachtigs te zien was. Geweldig!

                               Maar zoals ik al zei het repareren stopte op een gegeven moment en er kwam daarna voor het eerst "kleur" in huis. Kleurentelevisie was al vanaf 1965 in ontwikkeling en de jaren 70 waren dé jaren dat er meer en meer kleurentoestellen werden verkocht. Dus ook ons gezin, door de gedrevenheid van mijn vader denk ik, moest er aan geloven. We kregen op en gegeven moment een Duitse K9 (zie ook mijn artikel: "Leuke Momenten, de Philips K9 . . .") geleverd door de firma van Velthoven uit Moergestel. Ook deze levering heb ik gemist. Het TV-tafeltje werd vervangen door een toen populair buikkastje, wat voor zo'n toch wel iets groter toestel een betere basis was. Het toestel was een Philips X26K201-09. All Transistor, dus geen plots oplichtende buizen meer. Voor die tijd was dit een hyper modern toestel met maar liefst 6 voorkeuzezenders. Ik weet nog dat ik in die periode nergens geen aandacht meer voor had dan voor die nieuwe kleurentelevisie.

De antenne op het dak had overigens ook de nodige metamorfoses ondergaan. Zoals ik al eerder zei vond mijn vader een antenne en het ontvangen van verre zenders mateloos interessant. Hij had dan ook de stoute schoenen aangetrokken om zelfstandig die oude mast van de nok te halen en zelf een nieuwe (in eerste instantie) gevelmast op te tuigen. Daarmee heb ik hem wel moeten helpen. (als jongeman van toen 17 jaar oud) Ik moest steeds één van de losgehaalde tuidraden met een lang touw strak houden, terwijl hij dan langzaam met de voet van de mast langs het dak naar beneden klom. Dat ging een eindje goed, totdat de mast zo schuin ging hangen dat ik hem niet meer kon houden. En ja hoor, plots plofte het ding neer op de dakpannen. De schade aan het dak was gelukkig nul en die van de mast was niet meer belangrijk. Deze moest er toch af.

Channel Master RotorVoor wat betreft de antennetechniek had de tijd ook niet stil gestaan en was er behoorlijk door ontwikkeld. De lintkabels, ministekkertjes en contactdoosjes waren verleden tijd en vervangen door coaxkabel met versterking voor ver af gelegen zenders. Vanuit zijn passie en hobbie bekwaamde mijn vader zich steeds verder in dit soort ontwikkelingen. De geplaatste gevelmast werd op een gegeven moment een kantelmast in de grond, iets verder van het huis. Deze mast was makkelijk neer te halen als er iets aan gewijzigd moest worden. En . . . dat gebeurde nogal eens. In die tijd breidde het aantal zenders zich behoorlijk uit en als dat aan de hand was, moest er weer een antenne-element bij of het moest anders worden gericht. Voor dat richten kwam overigens ook een oplossing. Een motor (Channel Master antennerotor) kwam er boven in de mast zodat de daar op gemonteerde Fuba X-Color (UHF verre afstandsantenne) op afstand beneden was te draaien in de juiste positie. Uren kon mijn vader draaien aan die rotor om toch maar een zo goed mogelijk beeld te krijgen.

In die tijd werd ook ik steeds meer behept met het fenomeen televisie. Ik had al enkele oude zwart/wit TV's versleten en bij mij op mijn kamer kwam er op een gegeven moment ook kleur. Een eigen gekochte tweedehandse Philips K8 TV, een buizenbak. Jeetje wat werd dit toestel warm aan de achterbovenkant. Het vermogen wat deze TV ook opnam was niet gering. Maar goed ook ik had kleur en middels een geplaatste splitter in het coax-antennesysteem had ook ik de beschikking over tla van zenders. Het werd wel een probleem als ik bijvoorbeeld naar Nederland 2 zat te kijken, terwijl mijn vader de antenne naar één van de Duitse zenders draaide, maar goed het was niet anders. De Duitse zenders kwamen overigens door de hoogte van de mast, de juiste richting van de antenne met de aanwezige versterking, glashelder binnen. Natuurlijk was het ontvangstgedeelte van die K9 vele malen beter t.o.v. dat van de oude zwart/wit TV. Ik weet overigens ook nog dat later een aantal centrale antennemasten werden opgedoekt in mijn woonplaats en dat mijn vader beslag wist te leggen op één van die masten. Onze kantelmast werd dan ook al snel vervangen door die nieuw verworven kantelmast. deze mast was immers veel hoger dan onze bestaande mast. Nog beter beeld dus.

Fuba X ColorMijn vader had duidelijk de smaak te pakken in het bouwen van antennes en al snel werd dit een stukje core-bussines van hem. Hij heeft wat masten her en der weggezet. Meestal waren dit gevelmasten met de vermaarde Fuba X-Color op een rotor met daarbij nog een vast antenne-element voor Nederland 1 (VHF, kanaal 4) Op die manier kon alles worden ontvangen. Nadeel hierbij was we. dat er steeds gedraaid moest worden bij het omschakelen naar een andere zender. Al dit antennemateriaal werd steeds vervoerd op een imperial op een Peugeot 204. Vaak ging ik mee om te helpen.

Die Philips K9 maakte bij ons thuis nogal wat uren en je kon door de jaren heen dan ook zien dat de kwaliteit van het beeld en dus die van de beeldbuis achteruit sukkelde. Zelf was ik inmiddels werkzaam in de radio- en TV-techniek en had dan ook al wat onderdelen uit oude TV's verzameld. Op een gegeven moment kwam daar ook een beeldbuis (A66-140X) bij welke van betere kwaliteit leek dan die van de beeldbuis in onze K9. Na lang zeuren bij mijn ouders hadden ze op een gegeven moment toch voldoende vertrouwen en mocht ik de beeldbuis vervangen door mijn gevonden exemplaar. Ik weet nog goed, dat wa voor mij een hele operatie. Zou het me gaan lukken om de toen nodige convergentie en kleurzuiverheid weer goed te krijgen na de wisseling? Zeker bracht ik er dit goed af en onze TV straalde weer in al zijn glorie.

Op een gegeven moment overleedt mijn moeder al op nog jonge leeftijd en hebben mijn vader en mijn twee broers (mijn zus en ik waren inmiddels uit huis) nog een aantal jaren genoten van deze TV, totdat mijn vader een nieuwe vrouw ontmoette en ons ouderlijk huis verliet om bij haar te gaan wonen. Dat was 1987. Mijn jongste broer bleef in onze ouderlijke woning wonen. Hoe het verder de TV is vergaan is mij tot op heden niet duidelijk. (kom niet zo vaak bij mijn broer) Wel weet ik dat t.g.v. de opkomst van de schotel als ontvangstantenne en nu Internet-TV dat die mast welke daar jaren heeft gestaan aan de horizon is verdwenen net zoals vele andere antennemasten.

Het eens zo belangrijke instrument om TV te kunnen ontvangen en daarmee de hobbie van mijn vader alsook mijn vader zelf zijn allemaal verleden tijd. Een tijd welke nooit meer terug keert. Voor mij ook een zeer boeiende leerzame tijd vanwege ook mijn gewekt interesse hierin. Zonder dit alles had ik dit verhaal hier nooit zo gedetailleerd kunnen verwoorden. Het heeft me mede gemaakt wie ik nu ben . . .